WAT IS ARTROSE

Wat is artrose?

Bij artrose denken veel mensen aan slijtage van de gewrichten. Dat is niet helemaal juist. Uw gewricht is niet versleten, maar er is wel iets in veranderd. Een gewricht verbindt twee botten met elkaar. Op de uiteinden van die botten zit een laagje kraakbeen. Dat kraakbeen is heel glad, zodat de gewrichten gemakkelijk kunnen buigen, draaien of strekken. De botten in het gewricht worden bij elkaar gehouden door banden en een gewrichtskapsel. Aan de binnenkant van het kapsel zit een slijmvlieslaag, ook wel synovium genoemd. Deze slijmvlieslaag werkt als smeermiddel.

Wat gebeurt er bij artrose?

Op de linker afbeelding ziet u een gezond gewricht. In het gewricht komen twee botten bij elkaar. Om deze botten niet tegen elkaar te laten schuren, vormt het kraakbeen schokdempende kussentjes.
Alle gewrichten in ons lichaam zijn op deze manier opgebouwd.

Op de rechter afbeelding ziet u een gewricht dat is aangetast door artrose. Bij artrose worden de kraakbeenkussentjes afgebroken en daardoor dunner. De oppervlakte is niet meer zo glad, maar onregelmatig. Daardoor bewegen de gewrichten minder gemakkelijk. Na verloop van tijd gaan de botten over elkaar heen schuren.

Het bot onder het kraakbeen kan dikker en breder worden. Aan de rand van het gewricht vormen zich puntige, benige aangroeisels, osteofyten genaamd. Deze osteofyten kunnen de beweeglijkheid van het gewricht beperken.

U kunt zich voorstellen dat het verlies van kraakbeen, het over elkaar heen schuren van bot en de osteofyten zorgen voor pijn. Artrose kan gepaard gaan met ontstekingen. Dan vormt zich vocht in het gewricht door de ontsteking. Het gewricht wordt dan warm, dik en stijf.

Voorheen werd gedacht dat artrose een ziekte van alleen het kraakbeen is, terwijl we nu weten dat het juist een ziekte van het hele gewricht is. En dit proces kan in alle gewrichten optreden. Maar er zijn gewrichten waarin het vaker voorkomt zoals nek, onderrug, knieën, heupen, duim, vingers en grote teen. De aandoening komt relatief vaak voor, ongeveer 1 miljoen mensen in Nederland hebben artrose.

Ontstaan van Artrose

Ondanks veel onderzoek is niet precies bekend wat de oorzaak van artrose is. Er zijn meerdere factoren in het spel die invloed hebben op het krijgen van artrose. Meestal is er een samenspel van factoren. Artrose komt het meest voor bij mensen van middelbare leeftijd en ouder. De kans op artrose neemt toe met de leeftijd. Maar artrose komt ook voor bij jongeren.

Wanneer we kijken naar het ontstaan van artrose kunnen factoren als erfelijke aanleg, overgewicht, een eerder opgelopen letsel of langdurig zware belasting van invloed zijn op het ontstaan van artrose. Hieronder worden deze ‘risicofactoren’ besproken.

Erfelijke aanleg
In de ene familie komt artrose vaker voor dan in de andere familie. Erfelijke aanleg speelt een rol bij het ontstaan en verergeren van artrose. Als erfelijke aanleg meespeelt, krijgt u het vaak op jongere leeftijd en in meerdere gewrichten.

Geslacht
Bij vrouwen komt artrose vaker voor dan bij mannen.

Blessures
Artrose kan ontstaan na een vroeger opgelopen blessure of beschadiging in of rond een gewricht. Er heeft dan een verandering in het gewricht plaatsgevonden waardoor de kans op het krijgen van artrose vergroot wordt. Bijvoorbeeld:

Overgewicht
Uw gewrichten worden extra belast door een te hoog gewicht en kunnen daardoor beschadigd raken. Het bewegen gaat dan ook minder makkelijk. Daarnaast is het zo dat vetweefsel stoffen aanmaakt die invloed hebben op de gewrichten en het ontstaan van ontstekingen. Ontstekingen kunnen op hun beurt voor meer schade in het gewricht zorgen.

Klachten bij artrose

De meest voorkomende klachten bij artrose zijn pijn en stijfheid van het gewricht. De klachten worden het meest ervaren na rust wanneer uw gaat bewegen en verminderen nadat u een tijdje bewogen heeft.

Pijn
Pijn is een symptoom dat bij alle gewrichten met artrose kan optreden. Deze pijn ontstaat geleidelijk en treedt vooral op tijdens en na belasten van het gewricht. De pijn kan later op de dag erger worden. Ook kunt u pijn hebben als u na een periode van rust weer in beweging komt. Dit heet startpijn. In een later stadium kan het gewricht moeilijker te bewegen zijn en kunt u ook bij rust pijn hebben, bijvoorbeeld 's nachts. Als in een gewricht ontstekingen optreden, gaat het gewricht meer pijn doen. Het wordt warm, dik en soms rood.

Stijfheid
Naast pijn kan het gewricht ook stijf zijn, vooral na een periode van rust. Als u bijvoorbeeld lang in dezelfde houding heeft gezeten, bent u stijf als u weer in beweging komt; dit heet startstijfheid. Ook kunt u last hebben van ochtendstijfheid die meestal binnen een half uur overgaat. Stijfheid kan in elk gewricht met artrose voorkomen en verdwijnt door beweging. U staat moeilijk op als u een tijdje gezeten heeft, uw handen kunnen stijf zijn na een periode van rust, of u komt moeilijker aan het lopen na een tijdje gestaan te hebben.

Bewegen is lastig: Pijnlijke, stijve gewrichten kunt u minder gemakkelijk bewegen. Ook opstaan uit een stoel, lopen en traplopen kunnen moeilijker gaan.

Krakende Gewrichten
Het kan voorkomen dat uw gewrichten een krakend geluid maken bij het bewegen. Dit is een veelvoorkomend verschijnsel bij artrose en wordt ook wel crepiteren genoemd. Het krakende geluid wordt veroorzaakt doordat het kraakbeen en onderliggende bot bij artrose van structuur veranderen. Het kraken is op zichzelf niet schadelijk of pijnlijk. Gezonde gewrichten maken bij beweging soms ook een spontaan kraak- of knakgeluid dat niets met artrose te maken heeft.

Vermoeidheid
Veel mensen met artrose hebben last van vermoeidheid. Vermoeidheid kan verschillende oorzaken hebben. Zo kan vermoeidheid ontstaan door een slechte nachtrust, doordat u minder beweegt of door aantasting van uw gewrichten kost iedere beweging veel extra energie.

Zwelling en instabiliteit
Soms kan uw gewricht wat gezwollen zijn. Dit is het gevolg van een lichte ontsteking. Door ontsteking komt er namelijk meer vocht in het gewricht. Uw gewricht kan ook dikker aanvoelen door benige uitsteeksels (osteofyten), die rekken het botvlies op en kunnen het gewrichtskapsel irriteren. Door pijn wordt het gewricht vaak minder gebruikt. De spieren worden daardoor zwakker en het gewricht kan instabiel worden. Instabiliteit van het gewricht kan leiden tot overbelasting van het gewrichtskapsel en overstrekking van de gewrichtsbanden. Omdat de spieren minder kracht hebben, worden de pezen meer belast en krijgt u meer pijn. Pijn en instabiliteit vergroten de kans om te vallen. Dit kan u een onzeker gevoel geven bij het lopen.

Veranderingen in lichaamshouding
In een vergevorderd stadium van artrose kan de stand van de botten ten opzichte van elkaar veranderen, waardoor houdingsafwijkingen ontstaan. Uw knieën gaan bijvoorbeeld meer naar binnen staan(x-stand) of naar buiten staan (o-stand). Deze verandering in lichaamshouding beïnvloedt de manier waarop u andere gewrichten, pezen en spieren belast.

Hoe wordt de diagnose artrose gesteld?

Uw arts stelt de diagnose artrose vooral op grond van uw verhaal en lichamelijk onderzoek. Waarbij gekeken wordt naar aanwezige zwelling, vergroeiingen en functioneren van het gewricht. Röntgenfoto's zijn zelden nodig. Artrose is namelijk niet altijd te zien op een foto. En andersom is soms wel artrose zichtbaar, zonder dat die persoon klachten heeft. Dus als u een röntgenfoto laat maken waarop we artrose zien, weten we nog niet zeker of uw klachten ook echt daar van komen. Een arts overweegt het maken van een röntgenfoto om een andere aandoening te kunnen aantonen of uitsluiten. Soms laat een arts een bloedonderzoek uitvoeren om een andere aandoening (als reumatoïde artritis of jicht) te kunnen vaststellen of uitsluiten. Artrose is niet vast te stellen door bloedonderzoek.

Beloop

Artrose is een langzaam progressief verlopende chronische aandoening: dat wil zeggen dat het niet over gaat en langzaam erger wordt. Vaak is de kwaliteit van het kraakbeen al enige tijd achteruitgegaan voordat u klachten kreeg. Hoe artrose verloopt verschilt per persoon. De klachten kunnen vanzelf overgaan en wegblijven, of af en toe terugkomen. Hardnekkige klachten kunnen na enkele weken nog verminderen. Soms heeft u tijdelijk extra klachten vanwege een tijdelijke ontsteking.

Artrose is niet:

Er zijn een aantal risicofactoren die er voor kunnen zorgen dat artrose sneller achteruit gaat. Dit zijn overgewicht, verminderde spierkracht, weinig beweging en verkeerde belasting of overbelasting van de gewrichten.

Bronnen: (informatie www.reumafonds.nl en Zorgwijzer Artrose©/1 november 2015)

Bronnen: (informatie www.reumafonds.nl en Zorgwijzer Artrose©/1 november 2015)